Per 1 januari 2025 is er een nieuwe regeling voor huishoudens waarbij één partner een uitkering ontvangt en de andere partner weinig of geen inkomen heeft. Deze groep liep eerder vaak tegen financiële problemen aan, omdat de combinatie van uitkering, toeslagen en belastingkortingen niet altijd genoeg opleverde om rond te komen. De nieuwe regeling geeft gemeenten de bevoegdheid om een vaste jaarlijkse vergoeding toe te kennen aan deze huishoudens. Hierdoor krijgen zij financiële steun op een duidelijke en structurele manier. In dit artikel leggen we uit wat er verandert, hoe het vroeger werkte en wat dit betekent voor de betrokken huishoudens.

Wat was de situatie vóór de wijziging?

Voorheen konden huishoudens met één werkende of uitkeringsontvangende partner soms steun krijgen via bijzondere bijstand bij de gemeente. Elke gemeente moest apart berekenen of iemand recht had op extra geld. Dit was ingewikkeld en de regels verschilden per gemeente. Voor inwoners was het daardoor vaak lastig te begrijpen of ze recht hadden op hulp.
Het resultaat was dat stellen waarbij een partner weinig of geen inkomen had, soms een lager besteedbaar inkomen hadden dan vergelijkbare huishoudens. Dit voelde oneerlijk en zorgde voor onzekerheid.

Wat verandert er met de nieuwe vaste tegemoetkoming?

Met de nieuwe regeling hebben gemeenten nu expliciet de bevoegdheid om een vaste jaarlijkse compensatie toe te kennen aan de doelgroep. Voor 2025 is dit bedrag vastgesteld op € 1.000 per huishouden. De vergoeding is bedoeld om het verschil in inkomen tussen deze huishoudens en vergelijkbare gezinnen te verkleinen.

Gemeenten krijgen van de Belastingdienst lijsten met mogelijke huishoudens, zodat zij gericht kunnen benaderen wie in aanmerking komt. Huishoudens die niet automatisch op de lijst staan, kunnen zich zelf bij de gemeente melden.

Belangrijk om te weten is dat deze vergoeding niet wordt meegerekend bij toeslagen of andere uitkeringen. Mensen verliezen dus niets door de compensatie te ontvangen.

De regeling geldt als overbruggingsmaatregel voor de jaren 2025, 2026 en 2027. Vanaf 2028 is het de bedoeling dat de oplossing via het belastingstelsel wordt geregeld, waarbij de minstverdienende partner direct een gerichte uitbetaling van de algemene heffingskorting ontvangt.

Voor wie is het bedoeld?

De regeling geldt voor huishoudens waar:

• Eén partner een uitkering ontvangt;
• De andere partner weinig of geen inkomen heeft;
• Door de combinatie van inkomen en toeslagen het inkomen lager uitvalt dan bij vergelijkbare huishoudens.

Gemeenten beslissen uiteindelijk wie de vergoeding krijgt, omdat zij de bevoegdheid hebben om het bedrag toe te kennen. 

Tot slot

De vaste compensatie voor alleenverdieners is een belangrijke stap om deze huishoudens financieel te ondersteunen en eerlijker te behandelen. Gemeenten hebben de bevoegdheid om te beslissen wie de vergoeding krijgt, waardoor de regeling lokaal kan worden uitgevoerd en afgestemd op de situatie van de inwoners. Voor mensen die hulp zoeken bij de aanvraag of willen weten of ze recht hebben, is het goed om contact op te nemen met de gemeente. Zo weet je zeker dat je niets mist en dat je gebruik kunt maken van de regeling waar je recht op hebt.

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel? De Rechtswinkel Rotterdam is telefonisch bereikbaar op maandag en donderdag om 13:30-17:30 en op dinsdag, woensdag en vrijdag om 8:30-12:30.